Sesriem - Solitaire
24 Mei 2016 | Namibië, Solitaire
De hoofdreden dat iedereen naar Sesriem gaat is natuurlijk de geweldige mooie rode duinen van Sossusvlei met de strakke randen rond de toppen. De afscheiding tussen de rode duin en de zwarte achterkant van de duin. De ronde vormen, de geweldige kleuren, het contrast. Iedereen welke ooit een folder of boek over Namibië heeft gezien kent de beelden. Deze beelden zijn niet voor niets een van de wereldwonderen, de beelden zijn bekend, vele fotografen komen alleen voor deze duinen hiernaartoe.
Maar niemand verteld er ooit bij dat al die geweldige beelden eigenlijk het mooiste zijn op het moment van zonsopkomst. Dan zijn de duinen rood, de randen het scherpst, het beeld perfect. Maar de zonsopkomst is al om een uur of zes. En van de camping naar de het meest bekende beeld is het wel nog vijftig kilometer rijden. Dus, inclusief afbreken van de camper, klaar maken om te rijden, betekend dit dat we al om vijf uur uit ons bed waren. En als je dan om vijf uur uit de camper klimt blijkt het gewoon koud te zijn. Er is amper tijd om te douchen, tijd voor ontbijt is er helemaal niet.
Inpakken, alles vastzetten, bed inklappen, het is hard werken. We moeten ons haasten, de hemel in het oosten begint al licht te worden, en we willen dit keer de opkomst echt meemaken, zoals het hoort. De vorige keer, twee jaar geleden, waren we te lui, hebben we ons nog een keer omgedraaid, zijn we later gaan kijken. Nu moeten we het redden. Eens moet het lukken.
We passeren de poort en geven op de asfaltweg vol gas. Zijn nog net op tijd bij de meest favoriete plek, de plek waar iedereen naar toe gaat- dune 45 – (eigenlijk gewoon een hoge duin op 45 kilometer van de ingang) en beginnen de klim, op het zand, omhoog, het lijkt niets. Boven zitten al groepjes te wachten, in de kou. Wij gaan als klimgeiten de rand op. Zweet breekt uit, de hartslag schiet omhoog naar de 180, een stap omhoog betekend een halve stap terugzakken in het fijne zand. En het blijft natuurlijk ook nog gewoon steil.
Halverwege de klim gaat de zon op. Op vijftig meter van de top zijn we gestrand. We hebben het net niet gehaald. Op de rand horen we ze schreeuwen, ze zien de zon opkomen boven een bergrand. Wij staan een stukje lager, en zien eigenlijk exact hetzelfde. De zon komt op, net als op iedere andere dag, boven dezelfde bergrand. Eigenlijk valt het moment tegen, de zon komt op – de zon gaat onder. Er verandert helemaal niets, de duinen om ons heen zijn rood, en gaan langzaam lichter worden. De schaduwen zijn donker en gaan lichter worden. De kleuren en het contrast zullen vervlakken. Maar het is een proces wat een paar uur duurt, niet een minutenspel. Het gejuich van de rand, was waarschijnlijk meer een vreugde kreet omdat ze eindelijk naar beneden mochten, uit de kou, in de wind op het hoogste punt en dat eindelijk de zon hun gaat verwarmen.
Na de zonsopkomst is het spel van het licht, wind en de zon rond de duinen schitterend. Het blijft een uniek gezicht, rijden door een natuurfilm, steeds andere kleuren, strakke randen, ronde vormen, zonder menselijk ingrijpen. We rijden door tot het einde, nemen een shuttle door het zand naar dead vlei. Eens het einde van de rivier, nu een versteend meer, midden tussen de hoge duinen, met dode bomen als relikwie van het water.
Daarna op hoge snelheid het park uit, en de honderd kilometer naar de bakkerij van Solitaire, eindelijk koffie en als ontbijt wat koeken. Het is hard werken, vakantie, zonder ontbijt, of zelfs maar een bak koffie, rijden we 240 kilometer, klimmen de hoogste zandduin op, lopen een paar kilometer door het mulle zand. Maar het zelfgemaakte diner, bonensalade, geroosterd brood en op de braai zelfgebakken boerenworst. Het is nog niet zo slecht.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley