Mahabalipuram - De kapper
Door: JoepJ
20 November 2018 | India, Mahabalipuram
De reis is over, mijn vier weken oude baard is afgeschoren, en dat is traditioneel het einde van de reis. Niet in de luxe schoonheidssalon van het Hotel, die is alleen voor vrouwen. Voor mannen zijn er in India overal kappers, tientallen, in iedere stad hebben we ze gezien. En ook het resultaat, de mannen of eigenlijk vooral de jongere, zijn hier ijdeltuiten, continue bezig met hun uiterlijk. Goed geknipt, scheiding met grote lokken, wax met gekleurde lokken, verzorgde kapsels. En liefst hand in hand, of armen over elkaar schouders op straat lopend en overal selfies en fotos makend. Van elkaar, de groep of nog mooier de groep met een europeaan erbij.
Een ritje met de tuc-tuc naar het dorp brengt ons bij een lokale kapper. Een klein winkeltje, met vier wachtende klanten, in een achteraf straatje. De enige kapperstoel is waarschijnlijk nog door de engelse achtergelaten. De zwarte handdoek over mijn schouders is wat anders als een normaal kappers hemd. De spiegel zit vol barsten, muren zijn ooit geel geweest, zonder fan in een warm straatje. Een bakje met water, een stuk scheerzeep, een al wat vaker gebruikte kwast en een ouderwets scheermes worden klaargezet. Binnen vijftien minuten, en voor minder als drie euro, is de huid glad. Met puimsteen zijn de kleine wondjes dichtgesmeerd en een heerlijke indiaase parfum maakt het geheel af. Niets geen uurdurend proces met het zacht maken van de huid, warme handoekjes, scheren, poederen, insmeren en nog een keer een handdoek en een hoofdhuid massage als toetje. Gewoon een probleemloze scheerbeurt door een lokale kapper en niet een behandeling van een barbier met veel theater, wat niets toevoegd aan het resultaat.
Maar ook geen tijd om rustig de reis te overdenken, te filosoferen of samen te vatten. Maar deze activiteit vat wellicht het huidige Zuid-India, zoals we dat gezien hebben mooi samen. Het was efficient, alles ging bijna vanzelf.
Natuurlijk was de reis luxe, grotendeels met privé chauffeur rijdend tussen al geboekte viersterren hotels, langs de grote historische toeristen attracties en de mooie natuurparken. Maar ook de vlieg-, trein- en auto reizen, wandelingen door de steden, sloppenwijken, restaurants en eettentjes gingen probleemloos en in ieder geval relaxter als verwacht. Het eten was ook verrassend goed – wel hebben we hoodzakelijk vegetarisch zonder alcohol tijdens de maaltijd geleefd. Schapen- en kippenvlees is overal beschikbaar maar vaak inclusief vetrandjes en botjes. De keuken van de curries, yoghurts, rijst en indiase naan, dhosa en andere broodsoorten hebben we geleerd in de buffet maaltijden. Ieder gerecht werdt door het personeel persoonlijk uitgelegd. En de voorkeur van het personeel lag voor dat je het wist op het bord. Af en toe een lokaal biertje. Incidenteel een flesje Indiaase wijn, onbetaalbaar.
De selfie cultuur, en niet alleen bij de jongeren maan maar ook bij hele families, verraad eigenlijk vooral een grote trots en vertrouwen in zichzelf, maar ook op het land. De jongeren geloven in de toekomst, er is voldoende inkomen, plezier. En er is ook genoeg om trots te zijn.
Mumbai, een wereldstad, druk, vies, sloppenwijken maar toch ook juist een enorm gevoel van vooruitgang en mooie oude vervallen wijken. Hopelijk weten ze het bestaande te restaureren en niet alles te vervangen om te worden tot een stad met veel hoogbouw maar geen hart. Eigenlijk was drie dagen veel tekort, zeker als je in het Taj Mahal Hotel verblijft. Het bruiste van de vooruitgang, overal kranen en bouwplaatsen.
Daarna lijken we onbewust een reis door de tijd te maken. Aurangabad, met de echte oudheid in de grotten. Gebouwd van het begin van onze jaartelling tot aan de dertiende eeuw, en door de overheersing van de islam deels verwoest in de 13de eeuw. Een proces deels gelijk aan Europa. Maar ook voor ons langzaam het begin van de ontdekkingsreis in de Hindoestaanse cultuur. Met vooral het besef hoe weinig we hiervan weten, de aantallen goden, verhalen en wat de beelden vertellen.
Daarnaast vooral een aantal plaatsen tempels, paleizen en musea, allemaal tussen de 13de en de 18de eeuw. Hassan, Mysore, Madurai, Tanjore en Mahabalipuram. Overal de schoenen uit en op blote voeten over de stenen, door het zand. Maar in het boek wat ik lees zegt iemand dat het betreden van een tempel met blote voeten niet is om te voorkomen dat de tempel vuil wordt, of beschadigt raakt, maar om te tonen dat je bereidt bent je voeten vuil te maken voor de goden. Is toch een andere, frisse kijk wat het voor ons een veel beter gevoel geeft. Bij het betreden van een huis je schoenen uit doen is wel om te voorkomen dat straatvuil naar binnen mee wordt genomen, maar in een tempel gaat het over respect.
Het beeld wordt verder ingevuls met Cochin, het begin van de portugese, nederlandse en uiteindelijk engelse konolisatie, met monumentale gebouwen in een leuk oud deel van de havenstad. Met als toppunt van de invloed van de engelse het treintje uit begin 1900 in Ooty. Alles afgewisseld met twee nationale parken voor een safari en een boswandeling, zonder groot wild gespot te hebben. En een onvergetelijke boottocht door de polders met palmbomen.
Maar we eindigen in de harde werkelijkheid van nu. Een cycloon welke over ons Hotel trekt, er viel minder regen als verwacht – ook al is het spaarbekken van regenwater in de bergen wel goed gestegen – er waren geen echte overstromingen. In ons luxe Hotel ging alles ongestoord door, het Internet was wat traag na een nacht van regen. En er waren veel afgeblazen bladeren en omgevallen bomen in de tuin, het zwembad was gesloten. Drie dagen later zijn er volgens de lokale kranten 33 doden, 70.000 mensen nog steeds in evacuatie kampen en komt de hulp langzaam op gang. Het herstellen van de electriciteit in het hele gebied zal minstens tien dagen duren, transport van drinkwater, rijst komt lanzaam op gang. Er vinden rellen plaats in de afgelegen gebieden en auto’s van vertegenwoordigers van de regering worden in vuur gezet, wegen geblokkeerd. Het was geen stormpje, wel voor de mensen in de luxe huizen. In de dorpen is het harder realiteit.
Tijdens de reis lees ik een trilogie van Nobelprijswinnaars V.S. Naipaul. Een in Trinidad (midden Amerika) geboren kind uit Indiase Immigranten gezin. Door de engelse als goedkope arbeidskrachten naar andere kolonies gestuurd. Maar met zijn indiase uiterlijk, ook al spreekt hij de taal niet, en zijn contacten als schrijver hoort hij de vele verhalen, voor ieder boek trekt hij maanden door India. Zijn laatste boek – India; A Million Mutines Now (1990) – komt hij tot de conslusie dat India zijn onderdanigheidsgevoel als kolonie is kwijtgeraakte dat het uit het Hindoesme stammende, groei belemmerende, kaste systeem begint te verdwijnen. Hij ziet dat India in opstand begint te komen, zelfverzekerd gaat worden. Dat het idee dat alles wat van buiten komt beter is gaat verdwijnen. En dat lijkt in het rijkere Zuid-India ook echt te gebeuren. We zien het op straat, weinig of geen bedelaars, een jeugd die selfies maakt en de getroffen gebieden welke eisen dat ze hulp krijgen.
We eindigen in een resort aan de kust, een kamer op de tweede verdieping in een bungalow met een eigen buiten trap naar het park.
Met uitzicht, door een paar palmbomen naar de zee. Een prive strand van het hotel, een aantal zitjes met een rieten afdakje, stoeltjes en de hele dag kunnen we over de zee kijken. Vrijwel alleen op een wit strand van drie kilometer naar het plaatsje van de kapper. En na een dagje luieren nog even zwemmen in een mooi groot zwembad. Twee dagen rust voor de terugreis, ontspanning, luieren na een rustige maar toch wel vermoeiende reis.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley