Namibië, Ruacana | Worst braaien
Door: JoepJ
28 Maart 2022 | Namibië, Epupa
Op de grens tussen ‘Etendeka’ en ‘Omusatie’ (twee provincies in Namibië) staan we twee kilo worstjes te bakken. In onze Tefalpan op ons campinggaz fles, naast de snelweg, spettert de boter en het vet uit de worst. Bij een veterinaire controle van onze koelkast, door een ambtenaar, werd een overtreding geconstateerd. Transport van eieren, levend - of rauw vlees is verboden. Alles om de verspreiding van mond - en klauwzeer te voorkomen. Ons dozijn eieren ziet hij niet, anders hadden we ook deze ter plekke moeten koken of bakken.
De grote veeteelt in het zuiden is bang voor infectie vanuit het Noorden. Lijkt wel op de Corona maatregelen. Het wild, waar ook runderen tussen zitten, trekt zonder problemen de grens over. Maar onze verse worst, gekoeld, vers ingeseald, in dik plastic, moet gebakken worden of weggegooid.
De weg tussen de lodge en Rucuana is waarschijnlijk, in afwachting van de mijnbouw hersteld. De oppervlakte is glad, zwart, gesteente. Alleen heeft men nog niet begrepen hoe een beklimming met een paar bochten de extreme stijging (en daling) kan verminderen. De weg gaat recht ertegenop en er ook weer recht van af. Zonder snelheid te kunnen maken staan we voor stijgingen waarvan we ons afvragen of die wel door een wagen haalbaar zijn. Met de kampeeropbouw hebben we een leeggewicht van bijna twee ton. Dat is vijfhonderd kil (of dertig procent) meer als standaard in dit type. Er zit bijna honderdveertig liter diesel en honderd liter water in. En dan meer als vijfentwintig graden stijgen. En wat als het niet lukt, duwen helpt echt niet.
De motor heeft het zwaar. De automatische versnellingsbak schakelt terug voor een maximaal koppel. Hij bromt en gromt, de temperatuur van de motor blijft goed. Hij brengt ons boven. En de remmen houden ons onder controle in de daling. Niet een keer maar alle keren.
Ineens is er asfalt. Vlak voor de dam wordt de weg vlak met een echt tweebaans weg. Ook zijn de bergen ineens over en zitten we op een vlakte. De bossen zijn ineens volledig opgelost. De overstap is zo enorm groot dat het bijna niet te geloven is. Van rotsbodem, bossen of bosjes in een steengrond en stevige klimmetjes met op de achtergrond echte bergen naar bijna vlak, groen gebied. We rijden ineens honderd kilometer per uur.
De eerste afslag naar Ruacana missen we bijna. We rijden een rondje rond het kleine stadje, om bij het tankstation even te stoppen voor wat kleine inkopen. Er zijn geen hangjongeren, er wordt niet gebedeld. We kopen worst, brood en heerlijk verwarmde worst gevuld met kaas als ontbijt voor uit het vuistje. Hier kan de HEMA zeker niet tegen op. Daarna terug naar het lonkende zwarte asfalt. Een kleine tweehonderd kilometers, kaarsrecht, vrijwel zonder hellingen. Strak twee uur met hooguit drie wagens welke ons inhalen en een paar tegenliggers. Langs de kant wat lopende mensen, wat ezelkarren. Nergens een gebaar van bedelen, een vriendelijk groet is alles. Het is maar honderd zestig kilometer verder, zelfde land.
Halverwege een afslag, een stopbord naast de weg. De neiging om vol gas door te rijden is groot. Maar als gast in het land stoppen we, heel even. Lang genoeg om naast ons een politiewagen achter een bosje en een camera te zien. De tweede keer is de slagboom tussen de provincie waar de net gekochte worst in de koekenpan gaat.
Daarna de ingang van Etosha, de grootste dierentuin. Honderdzestig bij tachtig kilometer met loslopende dieren. Een paar kampeerplaatsen met een hek eromheen en een weg erdoorheen. Op weg naar onze plek passeren al zebra’s, giraffen, onyxen, gnoes, springbokjes, hartebeesten en een landschildpad. Het was maar vijftig kilometer.
En de worst gaat toch nog even op de braai voor een krokant korstje bij een heerlijk ijskoud biertje.
Olifantsrus, 28 maart 2022
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley