Keetmanshoop, Lone Rider
19 Februari 2014 | Namibië, Ai-Ais
Het rondkijken begint al bij het ontbijt, we zitten nauwelijks aan de koffie / thee, Orange jus en brood of we zien om ons heen een groep springbokjes, gisteren nog een safari nodig om ze te kunnen zien, nu lopen ze tweehonderd meter voorbij onze camper, rustig gras etend, struinen ze voorbij. Als ze eindelijk voorbij zijn zien we aan de andere kant een groep Kudu's die langzaam grazend onze kant opkomen. Gisteren toen we rondreden in de safari renden ze voor ons weg, nu komen ze steeds dichterbij. De brutaalste nadert tot een meter of vijf van onze camper. Hij kijkt brutaal naar ons, en gaat weer verder met grazen. De groep van zes volwassen en een kleintje passeren ons, twee gaan er onderling vechten, koppen tegen elkaar, kletteren van botsende geweien duidelijk hoorbaar, maar uiteindelijk gaan ze een stukje verder rustig liggen rondkijken.
Na deze onderbreking, nemen we een slok van de ondertussen koud geworden thee of koffie om te zien dat er op heuvelland nu ook een drietal ezeltjes staan. Door al dit wildleven gaan we wel een uur later rijden, maar we hebben de hele dag.
De eerste 80 kilometer gaat over gravel wegen, de duinen laten we achter ons, het gebied wordt langzaam weer wat kaler. De bomen tussen de bosjes verdwijnen, de bosjes worden minder, en tussen het gras beginnen gaten te vallen. Het rode duin zand maakt plaats voor stenen. Het zijn brede wegen, zonder andere wagens of bijzonderheden.
Daarna hebben we een goede 250 kilometer asfalt, van vlak voor Mariental tot aan Keetmanshoop. De hoofdweg van Zuid Afrika naar Windhoek. Twee banen asfalt, wat drukker, vrachtverkeer, lokale, toeristen en zelfs een motorfiets. Maar gedurende de drie uur worden we misschien vijf keer ingehaald en hebben we een vijftigtal tegenliggers. Drukker is hier echt relatief.
Het landschap wordt steeds eentoniger, kaler, vlak. Uiteindelijk vrijwel helemaal vlak, op afstand een tafelberg gebied aan de linkerkant, verder weg wat bergen, maar verder vlak, woestijnland. Bosjes tussen kale stenen en rotsen, een verdwaald stukje gras, maar vooral veel steen en zand. En leeg. Totaal in deze 250 kilometer staan er misschien tien huizen en zijn er drie zijpaden naar verder weg gelegd huizen Verder is het zwart asfalt, zon en vlak land. Soms wel dertig kilometer zonder bochten. Kaarsrecht, asfalt, tegenliggers, gele strepen op de weg geschilderd, doelloze verkeersborden welke waarschuwen voor een flauwe bocht, overstekend wild, een leeg land zonder doel.
Hèt is Vermoeiend rijden door het felle zonlicht, gebrek aan afleiding en de tegenliggers, de ogen gaan branden, de concentratie houden wordt moeilijk. We rijden in een stuk deze 330 kilometer, vier en een half uur, om vlak voor Keetmanshoop te afslag te nemen naar het "kokerboom" bos.
De kokerboom is geen boom maar een vetplant welke wel 8 meter hoog en een paar eeuwen oud kan worden. Ze onttrekken warmte uit de stenen om ook koude nachten te overleven, en ze zien er uit als bomen. Een stam met vertakkingen in de top. Normaal staan ze alleen in de woestijn, maar hier staan er een paar honderd dicht bij elkaar. Het zijn wonderlijke bomen, komen zo uit een sprookje, de Orks zouden zo om de hoek kunnen komen.
Verder naar Keetmanshoop, het was eens de hoop van de Keetman (Duitse gereformeerde dominee rond 1880) om hier zwarte zieltjes te winnen, door hier een missiepost te beginnen. Nu is het een klein stadje van 15.000 inwoners, een Spar (welke we plunderen, hoofdzakelijk om een tefalpan te kopen want die ontbrak in de uitrusting), een benzine station, wat andere kleine winkeltjes. Eigenlijk stelt het dus niets voor.
Na een uur gaan we verder, nog wat asfalt en dan nog bijna 120 kilometer gravel, richting de bergen. Het weer is omgeslagen, prachtige wolkenlucht, met donkere wolken waaruit het regent om ons heen, tegen de bergen, maar ook voor ons. Om ons heen weer woestijnachtig, wat donkerdere ondergrond, vrijwel geen bomen of bosjes. En de weg weer strak, zonder bochten en zonder andere voertuigen. Honderd meter naast de weg is het spoor. Enkelspoor, kaarsrecht aangelegd. In de verte nadert een trein, passeert ons, en als we zwaaien horen we ook de hoorn lang nagalmen. Het lijkt niets maar het is geweldig om te zien, op de achtergrond de bergen, de donkere regenwolken, de trein als teken van vooruitgang in een gebied wat al een miljoen jaar of meer er zo uitziet, en dan de hoorn van de trein. Een plaatje, het enige wat ontbreekt zijn een paar ruiters, met pistolen in hun hand, rijdend en schietend achter de trein aan. En natuurlijk Lucky Luck met zijn hond over het gravel achter de trein en de treinrovers aan sloffend.
De regen zorgt ervoor dat de slootjes en riviertjes snel onder water komen te staan. De weg gaat dwars door deze slootjes heen. Ze zijn nog niet echt diep, hooguit 30 cm, maar we zijn toch wel blij hier met een 4wd rond te rijden. Het gaat probleemloos, is zelfs wel een beetje spectaculair en leuk om te doen, het water spettert tot op het dak. En ons maagdelijk witte campertje ziet er bij aankomst op de kampplaats wel wat volwassener uit. Volledig bruin / geel met modder aan de onderkant, zoals het er uit hoort te zien.
De weg blijft schitterend, we slingeren eenzaam door het land. De vlakte gaat over in bergen, stenen, plateaus, de wegen slingeren niet echt maar gaan gewoon recht ertegen op, breed gravel. Kaal, leeg, imponerend, geweldige lucht.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley