Botswana: Wilde honden en San volk
13 Juni 2016 | Namibië, Buitepos
De ochtend begint met een bezoek aan de dieren van de Lodge. De eigenaar hiervan vangt dieren op welke door boeren zijn gevangen, om te voorkomen dat ze worden afgemaakt. Doel is deze dieren te laten herstellen en daarna weer in het Kalahari National Park uit te zetten. De dieren ver weg van de veeteelt weer op zoek naar hun eten zonder dat iemand er last van heeft.
Het eerste gebied bevat drie mannelijke, oudere leeuwen. Het blijven geweldige dieren om te zien, maar hier staan ze op een klein terrein, achter een hek, gevoed door de mens. Natuurlijk is het gebied, voor deze drie dieren, groter als ieder dierenpark in Nederland, maar het blijven gevangen dieren. En het is duidelijk dat ze onderling vechten, het territorium is te klein, er zijn geen vrouwtjes. Het is mooi om ze op tien meter afstand te zien, maar het voelt niet het echt, ze zitten achter een hek, wij in de auto erbuiten en kijken toe. Deze dieren zullen niet meer worden vrijgelaten, te oud, ze zullen niet overleven in vrijheid zonder een groep vrouwtjes.
Daarna een gebied met jongere leeuwen, een stuk of tien, een leeuw en negen leeuwinnen. Hier rijden we met de auto in het gebied, geen hek tussen ons en de leeuwen, net als in de natuur zijn de dieren in hetzelfde gebied als ons. Ze kunnen ons aanvallen maar beschouwen de auto als een te groot object. Ze zitten opgesloten, krijgen te eten, maar zodra het mogelijk is worden ze weer vrijgelaten. Ze blijven mooi.
In het derde afgesloten gebied zitten Afrikaanse wilde honden, een soort herdershond, gevlekt zwartbruin, net zo groot, maar met grotere oren. Ze leven in groepen, op de steppe van Afrika, jagen op dezelfde dieren als de leeuwen en cheeta’s, maar veeteelt is een makkelijkere prooi. Je zou ze zo willen aaien maar het zijn als groep gewoon killers en zeker niet geliefd bij de boeren omdat ze in koeien een makkelijke prooi zien en dus zijn ze ook echt uitgemoord. Hierdoor is deze soort ook bijna uitgestorven. Men schat dat er nog tweeëneenhalf duizend van zijn, wereldwijd. Artis heeft er een paar. Hier lopen er minimaal twintig rond. Waarschijnlijk 1% van de wereldwijde populatie, zonder een echt programma hoe deze dieren weer uit te zetten. Het zijn echt mooie honden, en er is ook nog een nest van Puppies, twee weken oud, maar die laten zich niet zien. De ouderen zijn niet schuw, ze komen naar de auto toe, de begeleider staat naast de auto, ze zijn nieuwsgierig.
Blijft verrassend iedereen praat over uitsterven van de Afrikaanse olifant, waarvan er toch nog wel vijftigduizend of meer zijn, met als status “kwetsbaar”, terwijl deze mooie hond vrijwel uitgestorven is en in het wild niet te spotten is (daarvoor zijn er te weinig). Wij zijn de afgelopen veertien dagen iedere dag olifanten tegengekomen, hebben tien leeuwen en twee luipaarden in het wild gezien. Maar de wilde hond sterft uit door menselijk ingrijpen.
Het vierde deel is een wandeling met de laatste afstammelingen van de San volkeren. Verzamelnaam van volkeren uit Namibië, lang voordat Livingston hier kwam kijken. Door de Duitsers in begin 1900 uitgemoord en verjaagd uit Namibië naar de Kalahari. Een volk waar de mannen jagen en de vrouwen planten verzamelen. En nu worden ze eigenlijk ook weer uit de Kalahari verjaagt. Door het behoud van de natuur zijn deze groepen ook niet meer gewenst in het nationale park. Er moet een evenwicht zijn in de natuur zonder een jagende mens is de filosofie.
De laatste stammen worden uit het centrale park verjaagd, maar buiten het park zijn er alleen maar boerderijen, ook daar is geen ruimte voor ze. Dus blijft er niets over als integratie. Dit volk, of groep, leeft bij deze Lodge op het terrein, doet werk, kinderen gaan op een internaat naar school, traditionele jacht – met vallen voor de dieren en zelfgemaakte speren – is vervangen door jacht met paarden en geweren. Maar de laatste traditionele gebruiken en technieken worden nog aan elkaar overgedragen en zo in stand gehouden. Nog honderd jaar en het is weg, nu nog net geen folklore. Er zijn meer van dit soort groepen, sommige wonen nog illegaal in het nationale park, andere in de periferie.
We lopen met het groepje, krijgen uitleg over plantjes, ze zoeken wat nootjes, een paar krekels. Maken vuur met takjes, braden de krekel en branden de nootjes voor ons. We eten versgebakken krekel, althans sommige durven dit, ze zeggen dat het smaakt naar garnaal. Gekleed in traditionele kleding. Natuurlijk is het theater, ze leven niet echt meer zo, maar ze geven ons een blik in hoe hun voorouders leefde, bijzonder.
Eigenlijk zijn we volledig misplaatst in deze omgeving.
Na deze vier delen rijden we langs de zestien hekken terug naar de hoofdweg. En na weer tweehonderd vijftig kilometer rijden we over de grens weer terug naar Namibië. We kamperen bij een volledig lege Lodge, geen gasten, grote receptie met geschoten wild aan de muur. De eigenaar was die dag jagen. Blijft vreemd, terwijl wij in de avond kijken naar de waterplaats op de campingplaats met de mooie beesten, ons druk maken over de wilde honden, ons verwonderen over oude volkeren welke moeten integreren in ons manier van leven gaat de eigenaar jagen, voor een mooie prooi aan zijn wand.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley