Jayapura - dag van verrassingen
29 Oktober 2015 | Indonesië, Jayapura
Een vroege start, een uurtje vertraging – zittend in de vertrekhal, een te klein open schuurtje, ramen van kippengaas, een golfplaten dak en plastic stoeltjes, zonder enige informatie, duurt het wachten lang – maar uiteindelijk komen we toch om tien uur in de ochtend aan in Jayapura voor een verrassingsdagje.
Eerst een bezoek aan een monument ter nagedachtenis aan generaal Douglas MacArthur, welke vanuit Hollandia (het huidige Jayapura, standplaats van het General Headquarters Southwest Pacific van het Amerikaanse leger) deels de oorlog tegen Japan heeft gevoerd. Vanaf april 1944 is dit deel bevrijd, en hier vandaan zijn delen van Indonesië en zde invasie in de Filipijnen uitgevoerd. Het is altijd weer vreemd dat wij in onze geschiedenis lessen zo weinig geleerd hebben over wat er hier allemaal is gebeurt. Maar de grootste verrassing is de locatie, midden in een militair kamp, boven op een berg, met uitzicht over de luchthaven en het Sentani meer. Om het monument te zien moeten we ons paspoort achterlaten bij de poort, de auto wordt geïnspecteerd, we rijden langs een schietbaan waar de pistoolschoten zijn te horen, militairen bestormen de stormbaan. Het monument en het foto museum stelt weinig voor, maar het strategische uitzicht en de ambiance geven toch een apart gevoel.
Daarna een boottochtje over het meer, vreselijk groot zoetwater meer, echt uniek, zo dicht bij de kust, midden in de tropen. Maar de verrassing zit in de manier waarop men rond het meer woont. Op de oever en rond de eilanden woont men niet op de eilanden maar op paalwoningen in het water. Vanuit de woning lopen ze naar het strand, smal en vol met stenen, en in periodes met hoogwater volledig onder water. Echt een geweldige oplossing, niet moeilijk huisjes bouwen op een smal, steil strand met risico van overstroming maar er voor gaan wonen, op palen. Iedereen heeft een bootje, het is frisser en het riool is ook meteen opgelost. Er langs varend, in de achterkamer kijkend, zien we de kinderen in het water spelen, de was te drogen hangen, alles bij elkaar een vredig plaatje.
En ze begraven de overleden wel op de eilanden, dus “leven op het water, dood op het land”, mooi motto.
We eindigen het tochtje bij een restaurant, met een uitgebreide lunch. Gebakken vis, kip, rijst, soep, gekookte groenten en wat hete pepertjes. Niet zo een verrassing tot als laatste een kom sago op tafel komt. Een kom vol met gel, een slijmerige substantie, best vergelijkbaar met behang lijm. Deze substantie kan je in de soep doen en dan neemt het de smaak van de soep aan, dus eigenlijk een klont slijm in de soep welke smaakt als soep. Een zinloze toevoeging maar wel echt traditioneel. Voor de Papoea’s in de laaglanden is dit het hoofd bestanddeel van de maaltijd, ze leven in de mangrove bossen, veel fruit maar geen koolhydraat. Dus kappen ze deze bomen, halen de kern eruit, stampen die fijn en vermengen het met water – dan heb je sago.
Voor hun een delicatesse, voor mij toch een wat mindere verrassing.
Hierna kunnen we kiezen, een bezoek aan de vismarkt, een tocht langs een uitkijkpunt over de stad of een bezoek aan een museum. Het wordt een museum, een vismarkt is een vismarkt, vissen, mensen, lokale kleur, maar het blijft een vismarkt.
Het museum is dicht, maar we mogen toch naar binnen. De conservator van het museum komt vanuit zijn kantoor om ons in de twee zalen van het museum over de Papoea volkeren te vertellen. We krijgen een geweldig rondleiding, bij ieder beeld, vitrine krijgen we uitleg, mythen en ook hoe het gebruikt is. Van bruid schatten, totempalen, koppensnellers, sieraden, et cetera. In perfect Engelse en zeer inspirerend verteld, een college van een lector, een antropoloog welke ook in alle gebieden onderzoek heeft gedaan. Geen ingestudeerd verhaal van een gids uit het boekje. En de verschillen tussen de tweehonderd volken en levenswijze is geweldig. Veel van de puzzel stukjes welke we in de Baliemvallei zagen vallen op hun plek.
De grootste verrassing van de week. Wellicht wat vreemd maar eigenlijk voor het eerst het gevoel dat we echt in een geweldig gebied van de wereld zijn geweest, de laatste resten van een geweldige cultuur gezien hebben.
De volgende verrassing is dat we toch naar een uitkijkpunt over de stad rijden, terwijl we ondertussen wel naar onze douche begonnen te verlangen. Maar eigenlijk was niet het uitzichtpunt het opvallendste maar onze gids, welke na het museum ineens uit zijn rol viel. We kregen uitgebreid uitleg over de politiek, de vrijheidsbeweging, de corruptie, de rol van Jakarta. Normaal worden dat soort zaken, zeker in Indonesië, maar eigenlijk door alle gidsen in de wereld, niet openlijk besproken.
De laatste verrassing, na een douche, was toch het eerste glaasje bier, internet verbinding en weer de drukte om ons heen. Zelf je eten kunnen kiezen vanuit een menu, na vijf dagen geïsoleerd rondgekeken te hebben. Het smaakte heerlijk, maar eigenlijk was dit geen verrassing meer.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley